Browse Results

Showing 201 through 225 of 1,325 results

Atlas van de parodontale diagnostiek

by Johan van Dijk Fred Spijkervet Jan Tromp

Atlas parodontale diagnostiek is een onmisbaar hulpmiddel bij het stellen van een diagnose. De eerste uitgave van dit boek verscheen tien jaar geleden. Sindsdien hebben veel ontwikkelingen plaatsgevonden. Vandaar dat het tijd werd voor deze tweede uitgave, waarin diverse hoofdstukken zijn gewijzigd en aangevuld. Net als in de eerste uitgave krijgen, naast diagnostiek, de anatomie en pathologie een belangrijke plaats in dit boek.In de hoofdstukken 'Pathologie' en 'Mucogingivale aandoening' is veel nieuwe kennis opgenomen. Het hoofdstuk 'Effecten van parodontitis op het lichaam', waarin wordt uitgelegd hoe parodontitis en systeemaandoeningen elkaar kunnen beïnvloeden, is volledig herzien. De implantologie heeft in de afgelopen jaren een belangrijke plaats binnen de tandheelkundige zorg ingenomen. Daarom is er een geheel nieuw hoofdstuk opgenomen: 'Diagnostiek van de parodontale weefsels rond het implantaat'.Atlas parodontale diagnostiek is rijk geïllustreerd met klinische en röntgendiagnostische foto's, die een goed beeld van het vakgebied geven. Daarnaast bieden de tabellen en grafieken veel belangrijke informatie. De foto's, tabellen en grafieken worden bondig toegelicht. De tien hoofdstukken in dit boek geven een compleet beeld van de diagnostiek in de parodontologie.

Psychiatrie: Van diagnose tot behandeling

by Ron van Deth

Dit boek biedt een toegankelijk overzicht van alle facetten van de moderne psychiatrie: van diagnose tot behandeling. Daarbij wordt nadrukkelijk ingegaan op innovatieve bewegingen in de Nederlandse GGZ, zoals eigen regie, herstel, gezamenlijke besluitvorming, zelfmanagement en ervaringsdeskundigheid. Het boek is gericht op iedereen die in zijn werk of studie te maken krijgt met psychische problematiek.De zesde druk van Psychiatrie: Van diagnose tot behandeling is inhoudelijk verbeterd, geactualiseerd en uitgebreid, waardoor het completer is geworden. De nieuwe opmaak met tal van illustraties maakt het boek aantrekkelijker en overzichtelijker. In ieder hoofdstuk is een studieblok opgenomen met samenvattingen, kernbegrippen en doelen. Ook biedt deze editie studenten ruime mogelijkheden om hun kennis en inzicht te oefenen en te toetsen met flashcards én 260 multiplechoicevragen. De uitgebreide website bij dit boek heeft behalve links naar video’s, films, websites en boeken, ook videoclips die belangrijke aspecten van de hoofdstukken toelichten. Door deze toevoegingen offline en online is het boek uitermate geschikt als studiemateriaal.Een ander belangrijk nieuw element zijn de psycho-educatieve teksten. Deze maken duidelijk wat zorgprofessionals te bieden hebben, maar vooral wat cliënten en hun directe omgeving zélf kunnen doen. Hiermee richt het boek zich ook op mensen met psychische problematiek.Psychiatrie: Van diagnose tot behandeling is geschreven door drs. Ron van Deth. Hij is psycholoog en publicist en verbonden aan het Europees Instituut voor Educatie in Driebergen. Hij was jarenlang eindredacteur van PsychoPraktijk en schreef  onder andere Psychotherapie: Van theorie tot praktijk, Inleiding in de psychopathologie en (als co-auteur) Pedagogische adviezen voor speciale kinderen.

AUTEZME handleiding: diagnostische vragenlijst voor autisme bij kinderen en jongeren

by Evi van der Zee

De AUT-EZ-ME helpt om autisme nauwkeurig te diagnosticeren bij kinderen en jongeren (4 t/m 8 jaar).  De test  onderscheidt kinderen en jongeren met autisme van kinderen en jongeren met een andere stoornis, of zonder stoornis. De AUT-EZ-ME wordt  ingevuld door ouders, verzorgers en leerkrachten van het kind. De test kan worden ingezet op scholen of in de klinische praktijk. De AUT-EZ-ME meet in 36 vragen de vaardigheden empathiseren en  systematiseren bij kinderen van 4 tot 18 jaar. Die vaardigheden zijn van belang voor het kaderen van de gedragskenmerken die horen bij een autisme spectrumstoornis. De behaalde score  toont aan ofen in welke mate, het kind deze gedragskenmerken vertoont. De vragenlijst is theoretisch zeer goed onderbouwd, en gaat uit van de E-S-theorie van Baron-Cohen.

Schematherapie voor cluster C-persoonlijkheidsstoornissen: Behandeling van afhankelijke, vermijdende en dwangmatige cliënten

by Remco van der Wijngaart Hannie van Genderen

Dit boek helpt therapeuten om schematherapie toe te passen bij cliënten met afhankelijke, vermijdende of dwangmatige persoonlijkheidsstoornissen, ook wel cluster C-persoonlijkheidsstoornissen genoemd. Schematherapie is een zeer effectieve behandelmethode voor cluster C-stoornissen. De meeste literatuur en trainingen op het gebied van schematherapie richten zich echter op de behandeling van de borderline persoonlijkheidsstoornis of andere vormen van externaliserende problematiek. Dit boek laat zien hoe schematherapie effectief toepasbaar is bij internaliserende persoonlijkheidsproblematiek. Schematherapie voor cluster C-persoonlijkheidsstoornissen - Behandeling van afhankelijke, vermijdende en dwangmatige cliënten beschrijft hoe cluster C-stoornissen begrepen kunnen worden in termen van basisbehoeften, schema’s en modi. Daarnaast wordt ook beschreven hoe limited reparenting op een andere manier vormgegeven wordt in deze behandeling dan bij meer externaliserende problematiek. Ten slotte worden specifieke knelpunten, varianten en toepassingen van methoden en technieken beschreven die nog niet terug te vinden zijn in andere literatuur over schematherapie. Het boek begint met een beschrijving van onder meer geschiedenis en onderzoek. Daarna gaat het in op casusconceptualisatie en de stap van conceptualisatie naar behandeling. Vervolgens behandelt het de verschillende persoonlijkheidsstoornissen waarbij steeds beschreven wordt hoe methoden en technieken anders toegepast worden in de verschillende behandelfasen. Ten slotte gaat het in op methoden om de gezonde volwassene te versterken en de therapieresultaten in de toekomst te behouden. Het boek bevat veel aansprekende casuïstiek. De auteurs zijn psychotherapeut en gz-psycholoog Remco van der Wijngaart, en klinisch psycholoog Hannie van Genderen.  

Imaginaire rescripting: theorie en praktijk

by Remco van der Wijngaart

Dit boek biedt een praktische en volledige beschrijving van imaginaire rescripting als behandelmethode voor diverse klachten. Op overzichtelijke wijze wordt beschreven hoe de techniek toegepast kan worden in de behandeling van persoonlijkheidsproblematiek of als op zichzelf staande behandeling van angst- en stemmingsklachten. Daarnaast worden diverse specialistische toepassingsgebieden besproken zoals het gebruik van imaginaire rescripting bij nachtmerries, eetstoornissen dwangstoornis etc. Dit boek is een onmisbaar handboek voor therapeuten die deze techniek willen leren maar biedt door zijn volledigheid ook een mogelijkheid om reeds bestaande kennis en vaardigheden verder uit te breiden.   Het boek beschrijft de verschillende fasen van de techniek. Beschreven wordt hoe een imaginatie-oefening kan worden gebruikt in de diagnostiekfase, hoe de therapeut beelden rescript tijdens de beginfase van de behandeling en hoe de cliënt leert zelf betekenisvolle beelden uit het verleden te herschrijven. Tenslotte wordt ook beschreven hoe imaginaire rescripting een methode kan zijn om de cliënt voor te bereiden op toekomstige triggersituaties.   Iedere stap wordt toegelicht met overzichtelijke praktijkvoorbeelden. Daarnaast wordt ingegaan op diverse uitdagende situaties die clinici in de praktijk tegenkomen zoals cliënten die zeggen geen beelden te hebben, die worstelen met schuldgevoelens tijdens de rescripting, die zich kritisch uitlaten over de oefeningen en vele andere probleemsituaties.   Remco van der Wijngaart is psychotherapeut en gezondheidszorgpsycholoog. Hij is meer dan 20 jaar werkzaam geweest op een academische afdeling van een ambulante geestelijke gezondheidszorginstelling waar hij opgeleid is in cognitieve gedragstherapie en schematherapie waarbij imaginaire rescripting een veelgebruikte interventie is. Momenteel is hij werkzaam in een zelfstandige praktijk voor psychotherapie.   

Stoelentechniek: theorie en praktijk

by Remco van der Wijngaart

Dit boek helpt therapeuten om de stoelentechniek toe te passen in hun praktijk. Met die techniek kunnen ze cliënten helpen afstand te nemen van oude overtuigingen en verstandelijk inzichten om te zetten in correctieve emotionele ervaringen. Voor therapeuten die al ervaring hebben met de techniek biedt het boek handvatten om effectiever de uitdagende situaties te kunnen hanteren bij het toepassen van de stoelenoefening. Het boek beschrijft de toepassing van de stoelentechniek in de verschillende fasen van de behandeling. Achtereenvolgens behandelt het boek de stoelentechniek in de analysefase, de beginfase, de middenfase en de eindfase. Het boek biedt telkens tal van variaties in het gebruik van de techniek, met veel praktijkvoorbeelden. Elk van deze hoofdstukken eindigt met het beantwoorden van diverse ‘Wat nou als…?’-vragen waar therapeuten in de klinische praktijk mee te maken krijgen. Vervolgens behandelt het boek specialistische toepassingsgebieden zoals rouw en relatieproblemen, en beschrijft het de mogelijkheden om stoelentechniek online in te zetten. Het laatste hoofdstuk richt zich op valkuilen voor de therapeut. Stoelentechniek theorie en praktijk is geschreven door Remco van der Wijngaart, psychotherapeut en gezondheidszorgpsycholoog. Hij is meer dan twintig jaar werkzaam geweest op een academische afdeling van een ambulante instelling voor geestelijke gezondheidszorg. Daar participeerde hij als therapeut aan diverse behandelstudies bij angst-, somatoforme- en eetstoornissen en persoonlijkheidsstoornissen. In een eerste behandelstudie naar de effectiviteit van schematherapie voor borderlinepersoonlijkheidsstoornis is hij getraind en gesuperviseerd in de stoelentechniek door Jeffrey Young, grondlegger van schematherapie. Momenteel is Remco werkzaam in een zelfstandige praktijk voor psychotherapie in Maastricht. Hij heeft, in samenwerking met anderen, diverse audiovisuele producties ontwikkeld, zoals Fine Tuning Chairwork waarin 34 scènes alle facetten tonen van de stoelentechniek.

Mondbranden: Leidraad voor de mondzorg

by Isaäc van der Waal

Dit boek is bedoeld als leidraad voor tandheelkundige en medische gezondheidswerkers in de eerste- en tweede lijn bij de behandeling en begeleiding van patiënten, die lijden aan het relatief zeldzame, maar onaangename fenomeen van mondbranden. De tekst berust deels op literatuurgegevens, maar vooral op ruime praktijkervaring van de auteur. Hoewel de oorzaak van mondbranden onbekend is en de behandeling derhalve alleen symptomatisch van aard kan zijn, is het toch vaak mogelijk om een voor veel patiënten bijna ondraaglijke aandoening tot een aanvaardbaar niveau terug te brengen.

Mondslijmvliesafwijkingen: Handboek voor de praktijk

by Isaäc van der Waal

Dit boek geeft een helder overzicht van de diagnostiek en behandeling van veelvoorkomende mondslijmvliesafwijkingen. Het is bedoeld voor gebruik in de dagelijkse praktijk, maar is ook zeer geschikt als naslagwerk. Het richt zich  op een breed scala aan gezondheidsprofessionals, zoals mondhygiënisten, tandartsen, mond-, kaak- en aangezichtschirurgen, dermatologen en  keel-, neus- en oorartsen. Mondslijmvliesafwijkingen, handboek voor de praktijk is ingedeeld op basis van de klinische presentatie van de afwijkingen. Zo zijn  er verschillende hoofdstukken voor overwegend witte, wit-rode en rode afwijkingen. En zijn er hoofdstukken die gewijd zijn aan afwijkingen die zich voordoen op het tandvlees, de tong of de lippen. Het inleidende hoofdstuk gaat in op de vraag wanneer en hoe te verwijzen naar een meer deskundige specialist, en hoe de patiënt daarin betrokken kan worden. Isaäc van der Waal werd in 1979 hoogleraar in de Orale Pathologie aan de Vrije Universiteit. Van 1989 tot 2011 was hij hoofd van de afdeling Mondziekten, Kaak- en Aangezichtschirurgie van het VUmc/ACTA.  Hij droeg bij aan ruim 400 wetenschappelijke publicaties en schreef verschillende leerboeken en atlassen op het gebied van mond- en kaakaandoeningen.  

Mond- en kaakziekten: Een atlas voor de dagelijkse praktijk

by I. van der Waal

Dit boek geeft een praktijkgericht overzicht van de pathologie van het mondgebied. Het beschrijft kernachtig de aandoeningen in en rond de mond. Deze aandoeningen komen voor op het mondslijmvlies, de speekselklieren, in het kaakbot, op de tong, het gehemelte en de lippen. Het boek bevat veel duidelijke afbeeldingen. In deze vierde druk van Mond- en kaakziekten zijn actuele bevindingen uit de literatuur en ervaringen van de auteur verwerkt in praktijkgerichte adviezen. Tevens zijn nieuwe afbeeldingen toegevoegd. De inleiding van het boek gaat in op het mondonderzoek, de proefexcisie en de verwijzingsprocedure. Vervolgens worden de meest voorkomende aandoeningen beschreven.  Nieuw is dat de toegang tot patiënteninformatie. Van een aantal in het boek beschreven aandoeningen is een patiëntenversie geschreven. Via de bij het boek behorende website kunnen deze geprint worden en aan de patient worden meegegeven.Deze atlas is met name bestemd voor tandartsen. De inhoud is echter ook van belang voor andere zorgprofessionals die betrokken zijn bij diagnostiek en behandeling van afwijkingen in en rond de mond, zoals huisartsen, mondhygiënisten en medisch specialisten.

Het meeste gaat vanzelf over..., tenzij de dokter er op tijd bij is!: Columns van Hans van der Voort

by Hans van der Voort

In zijn columns in Huisarts & Wetenschap snijdt de auteur (Hans van der Voort) allerlei facetten van de gezondheidszorg op een prikkelende en luchtige manier aan. Als inleiding op een actueel onderwerp gaat hij vaak uit van gebeurtenissen uit zijn eigen jeugd. De laatste jaren is hij door problemen met zijn gezondheid steeds meer een ervaringsdeskundige, die de medische wereld als patiënt, van binnenuit, meemaakt.

Fysiotherapie en medicatie: Medicijngebruik en implicaties voor fysiotherapeutisch handelen

by H. van der Velde

Fysiotherapeuten zijn verplicht om tijdens de anamnese naar medicijngebruik te vragen. Maar hebben nauwelijks informatie over de gevolgen van medicijngebruik voor de behandeling. Kennis van farmacologie is essentieel bij het signaleren van behandelrisico’s, relatieve contra-indicaties en rode vlaggen. In dit boek wordt nagegaan welke symptomen veroorzaakt worden door medicijnen, hoe de fysiotherapeut dit uit kan vragen tijdens de anamnese en welke gevolgen dit heeft voor de behandeling. Ook de alternatieve en/of OTC geneesmiddelen en hun effecten komen daarbij aan bod,evenals de effecten van voedingssupplementen.

Motiverende gespreksvoering voor sociaalagogisch werk: Coachen bij gedragsverandering

by Michaela van der Veen Frank Goijarts

Hoe bouw je een werkbare relatie op? Hoe breng je cliënten zover dat ze er zelf voor kiezen hun gedrag te veranderen? Hoe zorg je ervoor dat ze het gevoel hebben stappen te kunnen zetten op weg naar kansrijker gedrag dat (uiteindelijk) hun eigen welzijn ten goede komt? Hoe bereik je dat het niet alleen bij plannen blijft, maar dat ze de ingezette verandering ook volhouden? Motiverende gespreksvoering voor sociaalagogisch werk biedt een toegankelijke en praktische vertaling van recente inzichten over het beïnvloeden van motivatie en gedrag naar de praktijk van het sociaalagogisch werkveld. 'Motivational Interviewing' zoals ontwikkeld door Miller & Rollnick vormt daarbij de belangrijkste leidraad. Dit boek biedt een gedegen theoretisch begrip van de diverse concepten die aan de gespreksmethode ten grondslag liggen, maar is vooral praktijkgericht. De verschillende stappen in de motiverende benadering worden duidelijk uiteengezet en toegelicht. Er zijn cases en voorbeelddialogen met een toelichting.Op de begeleidende website is aanvullend materiaal beschikbaar in de vorm van reflectievragen, verschillende videovoorbeelden uit de diverse werkvelden, aanvullende dialogen, opdrachten en toetsvragen.

Praktijkgids motiverende gespreksvoering social work: Coachen bij veranderen

by Michaela van der Veen Frank Goijarts

Deze praktijkgids biedt alles wat Social Workers nodig hebben om cliënten écht op weg te helpen naar kansrijker gedrag. De gids beschrijft een evidence based aanpak voor het versterken van motivatie voor duurzame aanpassing van houding en gedrag. Het boek is zeer geschikt als introductie in de uitgangspunten van motiverende gespreksvoering én helpt om de gespreksvaardigheden die hiervoor nodig zijn te ontwikkelen.  Deze tweede editie van Praktijkgids Motiverende Gespreksvoering Social Work - Coachen bij veranderen is de opvolger van Motiverende gespreksvoering voor sociaalagogisch werk. In deze editie is het begrippenkader geactualiseerd en afgestemd op de derde editie van de methode motiverende gespreksvoering van William R. Miller en Stephen Rollnick. De gids biedt een uitstekend overzicht van en uitgebreide toelichting op motiverende vaardigheden. Ook gaan de auteurs uitgebreid in op de algemene counselingsvaardigheden die de grondslag vormen voor alle hulpverlening en coaching. Praktijkgids Motiverende Gespreksvoering Social Work - Coachen bij veranderen is toegankelijk geschreven en beschrijft voorbeelden uit verschillende werkvelden. Bovendien bevat de gids oefeningen om vaardigheden in de praktijk te brengen. Bij de gids hoort een website met videomateriaal.  Drs. Michaela van der Veen is pedagoog en psycholoog NIP, bij bureau XChange. Als coach ondersteunt zij persoonlijke en professionele ontwikkeling. Ze helpt professionals en leidinggevenden op weg naar het goede gesprek met training motiverende gespreksvoering en is aangesloten bij MINT, het internationale netwerk van trainers. Drs Frank Goijarts is psycholoog. Hij is partner bij Forzes en adviseert en begeleidt organisaties bij complexe veranderopgaves. Hij geeft trainingen motiverende gespreksvoering en ontwikkelt educatief (online- en video-) materiaal rondom het versterken van motivatie en dialoogvaardigheden.

Psychische gezondheidszorg op maat: Op weg naar een precieze en persoonlijke psychiatrie

by J.C. van der Stel

Het lukt vooralsnog niet om de incidentie en prevalentie van ernstige psychische problematiek terug te dringen. Aangezien de bevolking steeds ouder wordt en de schaarste aan financiële middelen toeneemt, is het essentieel dat we in deze sector eerder, beter, goedkoper, en bij meer mensen resultaten boeken. Dit veronderstelt veel meer kennis en kunde dan nu ter beschikking staat én het veronderstelt de actieve betrokkenheid van degenen waar het uiteindelijk om gaat. In Psychische gezondheidszorg op maat wordt een lans gebroken voor een psychische gezondheidszorg die echt werk maakt van het ontwikkelen en toepassen van behandelstrategieën die zijn toegesneden op individuele patiënten of cliënten. Om deze strategieën te kunnen ontwikkelen is er behoefte aan meer kennis van de mechanismen, determinanten en omstandigheden waaronder aandoeningen ontstaan en zich ontwikkelen. Een centrale doelstelling van dit boek is dat de psychiatrie respectievelijk de psychische gezondheidszorg kan én moet innoveren. In het denken, handelen en organiseren kan een substantiële verbetering optreden. Deels kan dit al met bestaande middelen. Voor een ander deel gaat het erom de onderzoeksprogramma’s aan te passen, evenals de werkwijzen van instellingen en die van beroepsbeoefenaren. Daarbij is het belangrijk ook na te gaan hoe elders in de gezondheidszorg voortgang is geboekt, zoals bijv. in de oncologie. Het accent ligt in dit boek op klinisch herstel, maar verbeteringen op dat vlak staan in nauwe samenhang met resultaten op het vlak van functioneel, maatschappelijk en persoonlijk herstel.

De verslavingszorg voorbij

by Jaap van der Stel

Dit boek is geschreven naar aanleiding van het honderdjarig bestaan van Bouman GGZ, de grootste GGZ-instelling in Nederland die zich specifiek richt op verslavingspsychiatrie. Auteur Jaap van der Stel heeft een overzicht samengesteld van historische en actuele wetenschappelijke kennis. Allerlei facetten van verslaving en het denken over verslaving worden besproken. Het boek bevat een uitgesproken visie: er is behoefte aan een psychosociale neurowetenschap van verslaving.Verslaving wordt hierbij gezien als een psychobiologisch verschijnsel, een verschijnsel dat betrekking heeft op de disfunctie van specifieke systemen in het brein. Maar ook de sociale en culturele context speelt hierbij een rol; een volledige verklaring van de ontwikkeling van verslavingsgedrag kan niet zonder kennis vanuit de sociale wetenschappen tot stand komen.Onderwerpen die aan de orde komen: - Historisch overzicht- Sociaal werkers, psychologen en psychiaters- Modern hersenonderzoek- Biopsychosociale benadering- Verslaving en vrije wil- Erfelijkheid en farmacologie- Evidence based medicine- Comorbiditeit

Wat elke professional over verslaving moet weten

by Jaap van der Stel

Dit boek geeft studenten, docenten en professionals in de verslavingszorg een gedegen overzicht van de belangrijkste aspecten van verslaving en de verslavingszorg. De focus ligt op gebruik, misbruik en afhankelijkheid van psychoactieve stoffen als alcohol, heroïne, cocaïne, XTC en cannabis. Daarnaast is er ook aandacht voor excessief gokken en andere gedragsverslavingen.  Wat elke professional over verslaving moet weten is opgebouwd uit vier hoofdstukken: Middelen, gebruik en gebruikers, Misbruik en afhankelijkheid, Maatschappelijke gevolgen en overheidsbeleid, en Behandeling, zorg en herstel bij verslaving. In deze derde editie zijn de praktische informatie en de literatuurlijsten geactualiseerd. Nieuw is de aandacht voor herstelondersteunende zorg en verslavingszorg vanuit het perspectief van de cliënten. De tekst bevat veel verwijzingen naar websites met goede, actuele overzichten en praktische informatie over hulpverlening. Dit boek is geschreven door dr. Jaap van der Stel, op initiatief en onder verantwoordelijkheid van de stichting Resultaten Scoren. Resultaten Scoren heeft onder andere als doel om moderne verslavingskunde te bevorderen in opleidingen, trainingen en na- en bijscholing van professionals in de gezondheidszorg. 

Afstudeerdifferentiatie 415 Chronisch zieken 1: Niveau 4

by J.M.F. van der Sluis-Houtkamp De Jong Consulting B.V. J.A.M. Kerstens

Differentiatiekatern voor BOL- en BBL studenten die in de laatste fase zijn gekomen van de opleiding tot verpleegkundige niveau 4. Het katern is een hulpmiddel bij het afstuderen en reikt verschillende mogelijkheden voor binnen- en buitenschoolse verdieping aan. In de casuïstiek in dit katern komen de eindtermen van deelkwalificatie 415 meerdere malen op verschillende wijze aan bod. Gedurende de BPV toont de deelnemer dat hij/zij in staat is als verpleegkundige zorg te verlenen aan chronisch zieken (415.03). Het kunnen toepassen van GVO (415.04) wordt eveneens in de BPV getoond. Ook het kunnen coördineren van zorg bij chronisch zieken (415.05) wordt in de BPV getoond. De subeindtermen zijn vertaald in taken bij de casussen. Het bevorderen van kwaliteitszorg en deskundigheidsbevordering ten aanzien van chronisch zieken (415.06) wordt geleerd met behulp van projecttaken.

Klinische zorg.: Niveau 4

by Mevrouw H. van der Sluis J.H.J. de Jong

Dit katern is geschreven voor BOL- en BBL-studenten die in de laatste fase zijn gekomen van de opleiding tot verpleegkundige. Het katern is een hulpmiddel bij het afstuderen en reikt verschillende mogelijkheden voor binnen en buitenschoolse verdieping aan. In het eerste hoofdstuk wordt de voorbereiding op de differentiatie belicht. In hoofdstuk 2 leert de student een eigen opfrisschema samen te stellen. Daarmee kan hij of zij de eerder eigen gemaakte leerstof die nodig is voor de differentiatie weer op een rijtje zetten en gebruiken als basis voor de verdieping. Tevens bevat dit hoofdstuk een uitgebreide lijst van informatiebronnen. In hoofdstuk 3 zijn casussen opgenomen die dienen als basis om te verdiepen en als leidraad voor het afstudeerproces en product.

Kinderorthopedie (Praktische Kindergeneeskunde #13)

by J.A. van der Sluijs R.J.B. Sakkers J.A.H.M. Bronswijk

Kinderorthopedie is anders dan orthopedie bij volwassenen. Bij kinderen komen er veel fysiologische variaties voor. Dit zijn symptomen waar de ouders zich zorgen om kunnen maken, maar die heel normaal zijn op een bepaalde leeftijd. Het is de taak en de uitdaging van de behandelaar om een onderscheid te maken tussen deze variaties en de echte problemen, zoals congenitale malformaties en typische orthopedische pathologie.De meest voorkomende kinderorthopedische afwijkingen aan benen, heupen, knieën, voeten en rug worden besproken. Ook wordt er aandacht besteed aan de bovenste extremiteit en ontstekingen en tumoren. Het boek is toegespitst op de eerste lijn en behandelt het specialisme kinderorthopedie op kernachtige wijze. De klachten van het kind en de daarbij behorende casuïstiek vormen hierbij het uitgangspunt.Kinderorthopedie is het dertiende deel in de serie Praktische kindergeneeskunde. De serie is interessant voor medici die werkzaam zijn op het brede terrein van de kindergeneeskunde: huisartsen, kinderartsen (in opleiding), jeugdgezondheidsartsen en pediatrisch georiënteerde medisch specialisten.         

Evidence statement voor fysiotherapie op de intensive care

by Marike van der Schaaf Juultje Sommers

Evidence statement voor fysiotherapie op de intensive careIn dit boekje is het beschikbare bewijs voor het fysiotherapeutisch methodisch handelen bij patiënten op de intensive care (IC) overzichtelijk weergegeven in de vorm van een verkorte richtlijn.In antwoord op klinisch relevante vraagstellingen bevat deze verkorte richtlijn fysiotherapie op de IC aanbevelingen voor het diagnostisch en therapeutisch proces, met adviezen over het gebruik van klinimetrie en fysiotherapeutische interventies. Daarnaast voorziet het in veiligheidscriteria voor het veilig mobiliseren en activeren van IC-patiënten.Jaarlijks worden in Nederland meer dan 70.000 patiënten op een intensive care afdeling behandeld. De overlevingskansen van IC-patiënten zijn sterk toegenomen, maar veel van deze patiënten kampen met langdurige beperkingen in het dagelijks functioneren. De fysiotherapeut speelt een belangrijke rol in het voorkomen en verminderen van de negatieve gevolgen van inactiviteit en kritieke ziekte. Er is steeds meer wetenschappelijk bewijs dat fysiotherapie effectief is en veilig kan worden uitgevoerd bij beademde en niet beademde patiënten.Deze verkorte richtlijn is op systematische wijze opgesteld op basis van de meest recente literatuur aangevuld met klinische expertise van IC-fysiotherapeuten en -intensivisten.Evidence statement voor fysiotherapie op de intensive care is een onmisbaar boekje voor wie zich bezighoudt met de preventie en de behandeling van de gevolgen van bedrust en inactiviteit bij IC-patiënten.

Wat je speelt ben je zelf: Over spel en spelbegeleiding met specifieke aandacht voor mensen met een verstandelijke beperking

by L. van der Poel A. Blokhuis

Wat je speelt ben je zelf beschrijft de waarde van spel en spelbegeleiding voor de ontwikkeling van het individu. Spel is van wezenlijk belang voor de sociale, cognitieve, motorische en emotionele ontwikkeling van het kind. Maar ook voor volwassen mensen met een (verstandelijke) beperking is spel van onschatbare waarde.De kracht van dit boek ligt in een consequente integratie van theorie en praktijk. De theoretisch onderbouwing voor spelbegeleiding (deel 1) wordt duidelijk door veel verhelderende praktijkvoorbeelden. In deel 2 wordt aan de hand van advizen en vooreelden de praktijk van de spelbegeleding uiteengezet. Voor mensen met een (verstandelijke) beperking is specifieke aandacht. Samen met het boek Leven–de verhalen!, geschreven door Monique Wessels–Reijerse, is dit boek onderdeel van een project over spel en spelbegeleiding van Stichting Philadelphia Zorg.

Inspanningsfysiologie, oefentherapie en training (Paramedisch educatief)

by G.M. van der Poel M.W.A. Jongert J.J. de Morree

Het trainen van patiënten is een belangrijk deel van de fysiotherapie en oefentherapie. Een paramedicus heeft deskundigheid nodig op het gebied van effecten van inspanning en training op het lichaam. Kennis van inspanningsfysiologie, trainingsleer en meetmethoden maken het de therapeut mogelijk om patiënten functioneel te behandelen en om objectief vorderingen te meten bij revalidatie na trauma, bij chronische aandoeningen, bij ouderen en bij sportrevalidatietraining. In deze herziene derde editie is de tekst aangepast aan recente inzichten en waar mogelijk nog compacter geworden. De leesbaarheid is verder verbeterd door een andere opmaak en herziene figuren. Dit boek geeft compacte en leesbare inspanningsfysiologische basiskennis en kennis over trainen bij oefentherapie. In module I beschrijven de auteurs de belangrijkste inspanningsfysiologische systemen en in module II vertalen ze die op praktische wijze in de trainingsleer. Door de toevoeging van intermezzo’s en casusbeschrijvingen van diverse patiëntgroepen is het een goed, leerzaam en leesbaar boek geworden. Inspanningsfysiologie, oefentherapie en training is bestemd voor studenten fysiotherapie in de bachelor- en masterfase, voor sportfysiotherapeuten en voor de beroepsgroepen van fysiotherapeuten en oefentherapeuten in het algemeen. Kortom; een boek voor elke paramedicus die zich wil verdiepen en scholen in de inspanningsfysiologie en de trainingsleer met hun toepassingen bij specifieke doelgroepen van patiënten.

Gezinsvragenlijst (GVL) handleiding

by Prof. dr. van der Ploeg Prof. dr. Scholte

Doel van de testDe GVL meet de kwaliteit van gezins- en opvoedingsomstandigheden van kinderen in de leeftijd van 4 t/m 18 jaar. Gezinsomstandigheden hebben grote invloed op de gedrags- en emotionele ontwikkeling van kinderen en jongeren. Wanneer zich in een gezin problemen voordoen, kan dit de sociaal emotionele ontwikkeling van kinderen ernstig verstoren. In de jeugdzorg is men er inmiddels van doordrongen dat het behandelen van alleen de jeugdige niet voldoende is, maar dat ook altijd aandacht voor het gezin noodzakelijk is. Gezinsvragenlijsten screenen de opvoedingsinvloed van het gezin meestal alleen via de ouder-kind relatie. Het gezin bestaat echter uit meerdere relaties: ook de relatie tussen de ouders onderling en tussen het gezin en haar omgeving zijn onderdeel van het gezinssysteem. De Gezinsvragenlijst meet deze meervoudige gezinsrelaties en screent zowel het opvoedgedrag van de ouders als het functioneren van het gezin als geheel. Afname brengt aan het licht waar het gezin eventueel tekort schiet, wat de risico’s zijn op problematisch gedrag bij een kind en waar de mogelijke oorzaken liggen van problemen in het gezin. Afname van de GVL verschaft aanknopingspunten voor interventies.ToepassingsmogelijkhedenScreening: screent het gezinsfunctioneren en spoort risicovolle pedagogische en gezinsomstandigheden op bij gezinnen met schoolgaande kinderen in het gewoon basisonderwijs, het speciaal basisonderwijs en het voortgezet onderwijs. Periodieke afname brengt het beloop van risicovolle gezins- en opvoedingsomstandigheden in beeld. Diagnose: bepaalt of doorverwijzing naar jeugdzorg nodig is. Geeft aanknopingspunten voor gezinsinterventies. Bepaalt de aard en de ernst van problemen in de gezins- en opvoedingssituatie. Behandeling: geeft aanknopingspunten voor interventies. Evalueert de voortgang en de effectiviteit van interventies. Wat meet de GVL?De GVL screent de relaties tussen de ouders en het kind, tussen de ouders onderling en tussen het gezin en haar omgeving. Daarnaast screent  de GVL de context waarbinnen deze relaties zich afspelen: de organisatie van het gezin en de gezinsstructuur. De GVL bestaat uit vijf basisschalen die samen het totale gezinsfunctioneren vertegenwoordigen: • responsiviteit (de opvoedingsrelatie van de ouders met het kind)• communicatie (de communicatie van de ouders met het kind) • organisatie (de gezinscontext waarbinnen de gezinsrelaties plaatsvinden)• partnerrelatie (de onderlinge relatie tussen de ouders)• sociaal netwerk (de relaties van het gezin met de omgeving)Voor wie?De GVL wordt ingevuld door de ouders of opvoeders van het kind, of door personen die het kind en het gezin goed kennen. Maatschappelijk werkers, groepsleiders, psychologen, orthopedagogen en andere professionele hulpverleners kunnen de uitslagen van de test gebruiken ter taxatie van de gezins- en opvoedingssituatie van kinderen en gezinnen. Testuitslagen mogen echter alleen worden geïnterpreteerd door psychodiagnostisch geschoolde personen.Afname en scoringDe GVL bestaat uit 45 vragen. De afname duurt circa 30 minuten. Het invullen en scoren kan enerzijds handmatig plaatsvinden. U kunt de GVL ook geautomatiseerd afnemen en scoren met behulp van Testweb.Belangrijk: u kunt deze test alleen afnemen indien u over de GVL Handleiding beschikt.NormenInterpretatie van de scores vindt plaats door de scores van individuele respondenten te vergelijken met normen die het onderscheid tussen wel en geen problematiek weergeven. Voor de interpretatie worden in de handleiding de volgende normgegevens verstrekt:• Algemene bevolking• Klinische gezinnenMaterialen• GVL handleiding• GV

Agressie bij kinderen

by Jan van der Ploeg

Agressie is een probleem waarmee ouders, leerkrachten en hulpverleners dikwijls geen raad weten. Agressieve kinderen en jongeren blijken moeilijk te behandelen.Hoe moet agressie worden aangepakt? Waar komt agressie vandaag? Waarom is het ene kind wel en het andere niet agressief? En blijven agressieve kinderen altijd agressief? Op deze en andere vragen geeft dit boek antwoord.Agressie kan het functioneren van kinderen ernstig belemmeren. Thuis, op school en onder vrienden kan dat tot heftige problemen leiden. Voor opvoeders en hulpverleners is het van groot belang een goed inzicht te krijgen in het verschijnsel agressie. Dat kan helpen agressie een half toe te roepen of te voorkomen dat het agressieve kind steeds agressiever wordt.In de verschillende hoofdstukken belicht de auteur het verschijnsel agressie van begin tot eind. Het boek maakt duidelijk hoe agressie ontstaat, welke ontwikkelingen agressieve kinderen kunnen doormaken en welke oplossingen er zijn om agressie te voorkomen of in te perken.Dit helder geschreven overzichtswerk is bedoeld voor (aankomend) orthopedagogen, psychologen, sociaal-pedagogische hulpverleners, leerkrachten, beleidsmakers en andere professionals die met agressieve jeugdigen te maken hebben of krijgen.

Stress bij kinderen

by Jan van der Ploeg

Stress komt niet alleen voor bij volwassenen, maar ook bij kinderen. Jarenlang is stress bij jeugdigen onderschat. Kinderen en jongeren maken wel degelijk stress mee; soms incidenteel, soms dagelijks. Dit boek laat zien wat stress betekent voor jeugdigen. Aan de orde komen onder meer een nadere typering van het begrip stress, mogelijke bronnen van stress, het omgaan met stress en de gevolgen van stress. Ook geeft het boek antwoord op de vraag wat professionals, leerkrachten en ouders kunnen doen als kinderen en jongeren gebukt aan onder te veel stress.

Refine Search

Showing 201 through 225 of 1,325 results